28 juli: Vandaag weer vroeg opgestaan, gelijk contact gehad met Apollo en die hebben direct geregeld dat we om acht uur naar een bedrijf konden waar een nieuwe huishoudaccu geplaatst zou worden, die van ons ging gisteren nog maar een uur mee en ondanks generator is dat dus echt tekort! We werden daar direct geholpen, het duurde even omdat het nogal een gedoe was om een passend exemplaar te vinden, maar het is gelukt. Daarna ons pakket naar huis gestuurd en nog brood gehaald en toen op weg naar de ingang van Purnululu National Park.
Dit was dus een groot deel van de route die we eergisteren gereden hebben, niet erg want het is zo mooi, prachtige bergruggen, erg ruig en zeer gevarieerd. De kleuren van de rotsen zijn nogal verschillend en dat maakt het erg fraai. Ook de begroeiing is fantastisch, veel bloeiende bomen, baobabs waarvan er nog veel blad hebben, normaal laten ze dat snel vallen maar omdat het een maand terug nog geregend heeft hier hebben er nog veel blad. Die regen is zeer ongebruikelijk, normaal gesproken regent het hier van april t.m. oktober niet! Daarom is het nu ook deels een stuk groener dan de vorige keer. Maar deze route tussen Kununurra en Halls Creek is echt fantastisch.
Om drie uur waren we op de parkeerplek die 500 meter van het track naar Purnululu af ligt, dus morgenochtend gaan we die fantastische rit weer maken!
Overigens wel grappig, thuis zijn we nog nooit aangehouden voor een blaastest, zal toeval zijn maar het toeval wil wel dat Hans gisteren in Kununurra moest blazen en vandaag werden we op de Great Northern Highway aangehouden! Geen enkel probleem uiteraard maar wel frappant dat dit twee dagen achter elkaar gebeurde!
We staan nu op een heel mooi plekje, vlakbij een kreek en bomen vol met kaketoes! We hebben net een heerlijke bushdouche genomen, zak water aan de auto! Heerlijk opgeknapt want het was vandaag weer enorm warm!
29 juli: We waren vanmorgen al voor zes uur op, het is dan al licht en 12 uur later is het donker dus we verleggen onze dag een beetje om zoveel mogelijk van het daglicht te kunnen profiteren.
Tegen zeven uur waren we weg en binnen vijf minuten zijn we aan het Spring Creek Track naar Purnululu National Park begonnen. Dit is een track van 53 km en abominabel slecht! Wij hadden het idee dat het slechter was dan vier jaar geleden. We hebben er bijna twee en een half uur over gedaan. De omgeving is echter fantastisch, bergachtig met diverse kreekjes en in zijn geheel erg ruig en droog, echt het sunburnt country wat dit deel van Australië ook in de droge tijd is.
We hebben ons in het nationale park gemeld, dat moet, en zijn vervolgens naar Echidna Chasm gereden, het was inmiddels weer heel erg warm geworden. Daar eerst koffie gedronken en vervolgens de wandeling gemaakt, die loopt grotendeels door een droog staande kreek en ongeveer de helft loop je in de volle zon en dat valt niet mee ook al omdat het niet echt makkelijk loopt op die keien. Echter de kloof, Echidna Chasm is een heel nauwe kloof met wanden van een paar honderd meter hoog, maakt alles goed. Het is er heerlijk koel en prachtig om te zien, moeilijk te fotograferen overigens want je zit met heel fel zonlicht en een heel donker deel. In totaal hebben we hier een paar uur over gedaan, erg mooi en het was de inspanning waard! Ook al was dit voor mij de vierde keer hier, voor Hans de tweede!
Vervolgens zijn we over de tracks binnen het nationale park naar de campground gereden waar we ook vier jaar geleden gestaan hebben, alleen is het nu veel drukker. Geen wonder want juli en augustus zijn hoogseizoen in dit gebied en vier jaar geleden waren we hier begin september. De route is fantastisch langs de Bungle Bungle Range, een bergrug die het gebied omsluit.
We waren al om twee uur op de campground, goed ook want echt veel ruimte was er in de generator area niet meer maar voordeel van onze kleine, compacte camper is dat we aan een klein plekje genoeg hebben. Later zakte de temperatuur gelukkig maar het is dik veertig graden in ons huisje geweest!
’s Avonds weer een heerlijke bush douche genomen, het principe is simpel, je vult een zwarte zak met water, die laat je in de zon opwarmen, gaat snel hier, en die hang je als je gaat douchen aan de auto of zo, er zit een douchekopje aan die je open en dicht kunt draaien. Erg handig en je knapt er enorm van op!
Morgen heel erg vroeg op, vijf uur of zo, de wandeling die we dan gaan maken is langer en we willen van de vroege morgen temperatuur en rust genieten!
30 juli: Vanmorgen om half zes opgestaan, jawel! En dan te bedenken dat ik thuis mijn bed niet in- en niet uit te branden ben! Lukt hier heel goed!
Om half zeven zijn we vertrokken, de luchten waren nog steeds dreigend, het heeft vannacht volgens Hans ook flink geregend (ik sliep!). Maar de kleuren zijn dan zo prachtig en we zijn dan ook diverse keren gestopt op de 15 km naar de parkeerplaats bij Picaninny Creek en de wandeling naar Cathedral Gorge. Het was zo onwijs mooi en zo ongebruikelijk hier! Normaal gesproken heb je hier deze tijd van het jaar eigenlijk alleen maar strak blauwe luchten! Nu dus veel wolken en dat is heel fraai en brengt nog schaduw ook! Maar hierdoor is de luchtvochtigheid ook veel hoger, soms zelfs 70 tot 80% terwijl 30% normaal is!
Tegen half acht waren we op de plaats van bestemming en zijn we aan de twee uur durende wandeling naar Cathedral Gorge en terug begonnen. Heen ging lekker, de wolken bedekten de zon en een deel loop je sowieso in de schaduw. De tweede helft terug viel mij niet mee, het was om negen uur al bloedheet maar ook ik heb het weer gehaald en het was het waard want deze wandeling is zo gigantisch mooi.
Purnululu National Park is vooral beroemd vanwege de zogenaamde beehives, bergjes die er als bijenkorven uitzien, het zachte zandsteen is heel erg afgesleten en de kleuren zijn geweldig, prachtige strepen van zwart tot roodbruin. Dit is maar een klein gedeelte van het nationale park, je kunt sowieso maar een heel klein deel bezoeken. Door de beehives loopt de Picaninny Creek die nu droog is, wat ik echter nog nooit gezien had hier waren gevulde waterholes en die waren er nu dus wel. De wandeling naar Cathedral Gorge is geweldig door een nauwe engte tussen deze bergjes door. Cathedral Gorge zelf is enorm indrukwekkend, het is als een enorme (en dan bedoel ik ook echt enorm) zaal in deze bergjes, zo mooi, zo stil, zo indrukwekkend! Ook de vierde keer, voor mij was het dus de vierde keer hier en voor Hans de tweede keer, was het weer zo indrukwekkend en mooi! Het voordeel van de vroege morgen is dat er vrijwel niemand is, we hebben de gorge even voor onszelf gehad, net als de vorige keer! Het is sowieso een voorrecht hier ooit te mogen komen, vier keer is uitzonderlijk! Maar ook als een vijfde keer zich aan zou dienen, dan ga ik zo weer! Het blijft zo mooi en je blijft foto’s schieten, ook dat ging ons heel goed af in alle vroegte!
Daarna zijn we terug gaan rijden, eerst richting visitors centre en vervolgens het Spring Creek Track naar de Great Northern Highway. Over deze 53 km hebben we weer dik twee uur gedaan, zo slecht is het maar de omgeving zo waanzinnig mooi door de bergjes en heuvels. Het pad slingert enorm en er zitten hele korte felle klimmetjes in, enkelen schatten wij zeker op 40 tot 50% in. Als je dan boven bent ga je direct hoppa naar beneden, probleem is wel dat je op het hoogste punt de weg niet meer ziet, je zie alleen de motorkap van de auto! Nou weet je wel dat de weg daar ligt maar in dit geval zie je dus de kuilen of enorme bulten niet, heel verrassend af en toe dus! We zijn op twee mooie plekken gestopt, eerst voor de koffie tussen twee kreekjes in die dicht op elkaar liggen en die beiden vol water staan, de ene is knap lastig te passeren, nogal breed en erg hobbelig! Voor onze lunchstop stonden we aan een droogstaande kreek, ook zeer fraai.
Om kwart voor twee hadden we de Great Northern Highway weer bereikt en we rijden deze route tot de afslag naar Kununurra nu dus voor de derde keer binnen een paar dagen. We gaan echter nu naar Wyndham. We hebben inmiddels een boekje met mooie gratis parkeerplekken gescoord en we hebben nu de tweede te pakken, een stukje track van de highway af naar een vlakte toe. Een super plek in de middle of nowhere, hartstikke donker nu en heel stil maar groot voordeel van deze vlakte is dat er een lekker windje overheen waait, maakt het een stuk aangenamer!
31 juli: Vandaag weer vroeg opgestaan om de zonsopgang te zien, was mooi maar niet echt spectaculair deze keer, een paar bergjes zaten teveel in de weg. Kan gebeuren!
We zijn de Great Northern Highway weer terug gereden en aan het einde nu afgeslagen naar Wyndham, een klein plaatsje aan de noordkust in het noordoosten van Western Australia. We zijn hier naar de camping gegaan waar we om half twaalf al waren, daarna een paar boodschappen gedaan en getankt en verder niks gedaan, het was te heet voor enige actie! Dus de airco in de camper aangezet zodat het daar enigszins appetijtelijk toeven was, we konden het ding nu gebruiken, dat kan namelijk alleen als we op stroom staan.
We hoorden dat de buildup naar de natte tijd al begonnen is en dat is dus erg vroeg maar vandaar ook die buitjes die we hier gehad hebben, is heel ongebruikelijk in deze periode van het jaar. Overigens was het hier vier jaar geleden ook snikheet maar minder vochtig.
De rit hier naartoe is echt geweldig mooi, langs de Cockburn Ranges, een mooie bergrug. Hier staan enorm veel baobabs, ze zijn zo karakteristiek en grillig gevormd, schitterend om te zien. De route is heel geaccidenteerd en dat maakt het erg mooi en afwisselend.
We hebben Apollo ook weer gebeld en toestemming om de Gibb River Road te rijden, we zijn zeer benieuwd hoe die momenteel is, deze kan namelijk erg slecht zijn. Ik heb ‘m twee keer met een toertje gereden en sindsdien de wens gehad deze op eigen gelegenheid te mogen rijden, dat lukte vier jaar geleden niet wegens tijdgebrek, nu dus wel. Hans vind alle tracks een uitdaging en leuk dus dat moet lukken, bovendien is dit een van de mooiste routes in Australië. Wordt weer vervolgd dus, hopelijk wat minder warm!